ASH GRUNWALD (Aus)
Fish Out Of Water
01. Can U Find a Way
02. Mojo
03. Fish Out Of Water
04. Give Something Away
05. The Devil Called Me a Liar
06. Joke On Me
07. Breakout
08. Working Hard
09. The Bottle
10. Get What U Want
11. Port Campbell
12. Shake |
Van de man met de definitief onontwarbare dreadlocks hebben we een pakje in de brievenbus gekregen. Helemaal van ‘down under’ door hem persoonlijk aan ons gericht, laat Ash Grunwald ons de nieuwste output van zijn muzikale vaardigheden en van zijn instrumentale en vocale inspanningen geworden. Een dozijn zelfbevruchte ideeën heeft hij hier op een handig CD formaat gebrand en wij zijn gebrand om er naar te luisteren. Zoals we van hem gewoon zijn, heeft hij het schijfje in een sierlijke digipack gehuld, gesigneerd en aldus bereikt dit albumpje ons ongehavend. Wanneer wordt digipack de standaard ? Geen gebroken jewel-cases meer in de post, of ontbrekende inleg/artwork met de oh zo noodzakelijke informatie omtrent personeel en gastmuzikanten. En ze lijken zoveel meer op kleine elpeetjes.
Dit is zijn vijfde CD, zijn twee live-CD’s meegerekend. Zijn twee vorige ‘studio’-albums “I Don’t Believe” en “Give Signs” voorspellen, bij nader inzien, deze zeer goeie rootsy “Fish Out of Water”.
De fuzzy slide gitaar is nog steeds de roux van de sound. En zijn hamer en smeedwerkje, om tussendoor te laten klinken, is ook nog aanwezig. Dat zijn de elementen die Ash Grunwald’s geluid zo uniek maken. Bijna onaards. “Can U Find a Way”…Zijn slide gitaarspel evoceert zeer heftig de sound van de didgeridoo, de duistere prehistorie. Zingend rond een vuur als bescherming tegen de nachtelijke roofdieren, zo klinkt de samenzang van “Mojo”. In the middle of nowhere, met een paar honderd hongerige wachtende dingo’s net buiten de lichtcirkel.
De titelsong “Fish Out the Water” is een “down under” gospel. Waar mensen wonen, wordt er gebeden, tot wie dan ook, een godheid, een duivel, een ongekunstelde schone die je recht in je kazematten wilt gospelen, you name it. “Give Something Away” blijft bidden. Zijn korrelige soulstem, samen met een subtiele onvervormde national steel, maakt dat Ash hier zo zwart klinkt als enigszins kan. Deep blues onder ‘Hanging Rock’.
Op “The Devil Called Me a Liar” krijgt hij uitgebreid hulp van Countbounce, de geschifte drum and beat goeroe van het Oceanische continent. Hij is ook nog prominent aanwezig op “Joke On Me”, niet alleen met zijn beat, maar ook op de akoestische gitaar. Oh tegenstellingen. A Soundwizard.
Een worksong naar aloude chaingang-traditie serveert Ash ons met .. wel ja .. “Working Hard”. Je hoort de pikhouwelen in de rotsige bodem slaan. En “The Bottle” is de beloning, het wegvluchten uit de waardeloze realiteit van de hongerloner. Bijna Chicago, maar primitiever, rauwer, prachtige smoelschuif.
“Get What U Want” is heel speciaal voor Grunwald. Hij stramient op een éénvoudige riff een ‘haunting’ sound, die uit de oneindige outback van Australië komt gewaaid. De geesten van de verdwaalden met zich meevoerend.
“Port Campbell” is een regelrechte ballade, fingerpickin’ guitar, een song over overleven in een irreëele wereld, een droomwereld ? En “Shake” is de nare droom, de nachtmerrie. Iemand die je achtervolgt en wat je ook doet, je kan hem niet afschudden.
“Fish Out of Water” is tegelijk een rootsy én hyper modern product. Eén uit de duistere “Sword and Sorcery” era enerzijds, en één uit de intergalactische oorlogen era anderzijds. Hier kan je liggend naar luisteren. Hier kan je tevens op dansen. Een beat zoals in “Breakout” zou zelfs in de Carré de epo-dansers aan de gang houden en ze zouden het als een welgekome afwisseling met de tecno-beat aanvoelen, zeker weten. Omdat de sound van Grunwald zo organisch is als maar kan.
Wie niet wars is van de evolutietheorie, moet zich deze schijf aanschaffen, verplicht nog wel. Ash Grunwald is het levende voorbeeld van hoe onze rootsmuziek zich in deze keiharde tijden kan handhaven mits een paar handige toegevingen aan de heersende techniek. Onze blues is toch ook geëvolueerd tussen 1920 en 1950, nee ? Ze werd zelfs geëlectrocuteerd. Een smaakvolle evolutie van de bezwerende trance-blues. Voer voor magiërs. Zowel zwarte als witte.
Ash Grunwald : vocals, national steel, Cole Clark-acoustic guitar, electric guitar, junk percussion, woodskin cajon, Diddley bow, sub octave bass
Ian Collard : harmonica
Countbounce : beats and programming, acoustic guitar, electric bass, synth bass, junk percussion, electric guitar
witteMVS
|